1. Terugkijken webinar 'Iedereen snapt de dokter toch?'

Terugkijken webinar 'Iedereen snapt de dokter toch?' plus vragen & antwoorden

Kijk het eerste webinar van de werkgroep Laaggeletterdheid terug met professor Jany Rademakers. En lees de vragen van kijkers & antwoorden.


Wetenschappelijke kijk op beperkte gezondheidsvaardigheden
Tijdens het eerste webinar 'Iedereen snapt de dokter toch?' van de werkgroep Laaggeletterdheid heeft Jany Rademakers, hoogleraar gezondheidsvaardigheden en patiëntparticipatie aan de Universiteit van Maastricht, een aantal interessante onderzoeksresultaten met ons gedeeld. Deze laten zien wat de meest voorkomende problemen zijn in de spreekkamer als gevolg van beperkte gezondheidsvaardigheden, zoals het goed stellen van de diagnose.

Heb jij als zorgverlener ook patiënten die niet op een afspraak verschijnen, medicijnen ‘vergeten’, een onsamenhangend verhaal vertellen of de voorgeschreven therapie niet volgen? Het zou maar zo kunnen dat deze patiënten beperkte gezondheidsvaardigheden hebben. Bijna 30% van de Nederlanders heeft hier in meer of mindere mate last van en dat aantal groeit nog steeds.

NB. Dit webinar was met name bedoeld voor medisch specialisten en artsen in opleiding, maar is de moeite van het kijken waard voor iedereen die te maken heeft met patiëntzorg.

Vragen & antwoorden

Als we signaleren dat gezondheidsvaardigheden beperkt zijn, kan ik dat in een open EPD geen aantekening meer maken (voor mezelf of collega's). Dat ziet de patiënt en heb je al snel een klacht.
Het is belangrijk om met de patiënt af te stemmen of en wat je hierover wel of niet in het dossier zet. Daarvoor moet je het dus wel eerst herkennen en bespreekbaar maken. Een voordeel van het wel opnemen in het dossier is dat de patiënt niet steeds hoeft te vertellen dat hij of zij bijvoorbeeld moeite heeft om te lezen of te schrijven. In HIX (Chipsoft) bestaat de mogelijkheid om dit als risicofactor aan te merken. Dat is overigens alleen voor de hulpverlener zichtbaar.

Zijn er tips voor de huidige tijd waar steeds meer zorg op afstand plaatsvindt? Telefonisch bijvoorbeeld waardoor visuele ondersteuning moeilijk is?
Ja, dat kan zeker. Het is wel belangrijk dat dat op een veilige manier gebeurt. Met MS Teams en Face Talk kun je verantwoord beeldbellen. Zij voldoen aan de strenge veiligheidseisen die nodig zijn voor het voeren van medische gesprekken.

Contactpersoon zou ook telefonisch aan kunnen sluiten (bij voldoende belsaldo)
Dat is inderdaad een mogelijkheid. Tijdens het consult kan de contactpersoon gebeld worden waarbij je de telefoon op de speaker zet. Hij/zij kan dan meeluisteren en meepraten met het gesprek. Ook is het mogelijk dat de patiënt het gesprek opneemt en later thuis met iemand samen nog een keer afluistert. Enige hulp bij het opnemen is dan misschien wel nodig.

Is het vreemd om bij aanvang van je consult te vragen of de patiënt kan lezen, of; in het algemeen in staat is om informatie te begrijpen?
Als daar geen aanleiding toe is dan kan dat wat ongemakkelijk zijn en vervelend overkomen. Het is daarom belangrijker om de signalen goed te herkennen. Dit overzicht kan hierbij wellicht helpen. Je kunt ook een van de mProve-leden van de werkgroep gezondheidsvaardigheden/laaggeletterdheid vragen om hierover een workshop voor jullie team te verzorgen.

Zijn er tips om patiënten te motiveren tot gedragsverandering?
Motiverende Gespreksvoering kan hier uitkomst bieden. Hierbij ga je als hulpverlener op zoek naar de wens om te veranderen bij je patiënt, maar ook naar de ambivalentie (twijfels, tweeslachtigheid) die deze verandering in de weg staat. Het vraagt wel om specifieke gesprekstechnieken om deze ambivalentie op te lossen en concrete stappen te zetten om tot gedragsverandering te komen. Motiverende Gespreksvoering vermindert weerstand, en versterkt de intrinsieke motivatie voor verandering. Het is een ‘evidence based’ methode in de gezondheidszorg.

In hoeverre speelt wantrouwen ook een rol bij mensen die het niet kunnen overzien
Dat is lastig te zeggen. Dat hangt wellicht ook voor een deel af van iemands persoonlijkheid. Er zijn mensen die het juist prettig vinden als de dokter precies zegt wat ze moeten doen, een ander zal op zijn hoede zijn. Goede voorlichting geven die aansluit bij het kennisniveau en de leefwereld van de patiënt is hierin cruciaal.

Informeren artsen patiënten over taallesmogelijkheden/ verwijzen zij door?
Dat weten we niet maar het vermoeden is dat dit niet heel vaak gedaan wordt. Het is echter wel een goede optie om patiënten te wijzen op de mogelijkheid om taalles te volgen en ook aan te geven waar dat kan. Als het gesprek eenmaal op gang is gekomen dat een patiënt moeite heeft met bijvoorbeeld lezen en/of schrijven, dan zou dit zeker een bespreekpunt kunnen zijn.

Is de poster: kunt u niet lezen, vertel het ons niet een beetje wonderlijk?
Als dat letterlijk op de poster staat dan is dat wel een beetje wonderlijk. Beter zou zijn ‘Heeft u moeite met lezen’ of ‘Vindt u lezen moeilijk’. Overigens is het zo dat mensen die laaggeletterd zijn, niet analfabeet zijn. Wie laaggeletterd is kan wel een beetje lezen en schrijven. Het probleem is dan vaak dat mensen niet alles begrijpen wat ze lezen.

Is het niet lastig dat je voor de kijksluiter de weg op het internet moet kennen?
Dat is een goede vraag. Tegelijk is het zo dat niet iedereen met lage gezondheidsvaardigheden niet op internet kan. Sterker nog; we weten dat mensen wel degelijk de behoefte hebben om digitaal te kunnen zijn. Dus op internet komen, dat lukt vaak wel. Maar er dan je weg vinden is een stuk lastiger. Weet je bijvoorbeeld hoe je moet zoeken, welke zoektermen je kunt gebruiken, herken je de websites waar je beter van weg kunt blijven etc. Als iemand een gerichte url krijgt naar de kijksluiter dan moet dat wel lukken.

Ik wil graag meer informatie over de vaccinatie.
Informatie over vaccinatie in begrijpelijke taal vind je op de website van de Rijksoverheid: https://corona.steffie.nl/nl/#!/nl/modules/vaccinatie/961/stap-3.htmlfd

Spreker adviseert iedereen als onbekwaam beschouwen
Als je van die gedachte uitgaat, dan ‘dwing’ je jezelf als het ware om van het begin af aan duidelijk uit te leggen wat er aan de hand is, wat eraan gedaan kan worden, goed terug te vragen om te checken of de informatie goed is overgekomen. Veel mensen denken vaak nog dat de taal dan te kinderachtig wordt. Maar dat is niet zo. Iedereen vindt het prettig om op een duidelijke manier uitleg te krijgen. In opdracht van het Ministerie van VWS heeft Bureau Taal eens onderzoek gedaan naar de beleving van teksten in eenvoudig Nederlands. In het onderzoek is een aantal teksten op taalniveau C1 (hoog) aangepast naar niveau B1 (begrijpelijke taal). Beide teksten werden vervolgens voorgelegd aan een representatieve steekproef van de Nederlandse bevolking. Bij beide teksten is aan de respondenten een groot aantal kwaliteitsoordelen gevraagd. Wat vind je van de tekst? Wat is je oordeel over de tekst? Etc. Uit het onderzoek bleek dat iedereen, dus ook de hoger opgeleiden voorkeur hadden voor de tekst in begrijpelijke taal. Uitzondering: tenzij het over je eigen vakgebied gaat.

Ik denk dat het juist ook belangrijk is dat men vervolgens ook het stukje erna hoort. Dus wanneer moet de patiënt opnieuw de arts raadplegen. Dat wordt vaak niet belicht. Dan loopt de patiënt te lang door.
Dat is zeker een belangrijk punt. Ook hier geldt; duidelijke voorlichting en gebruik de terugvraagmethode om te controleren of de informatie goed is overgekomen.

Ik zou het erg vervelend vinden als ik zo benaderd zou worden als patiënt
Het is natuurlijk ‘de toon die de muziek maakt’. Een gesprek in begrijpelijke taal voeren is iets anders dan een kinderlijk gesprek voeren. Waar het uiteindelijk om gaat is dat je kunt aansluiten bij de beleving en het niveau van de patiënt. Als na een ‘eenvoudige’ start blijkt dat de patiënt meer wil weten, dieper ingaat op wat er gezegd wordt, dan ga je daar uiteraard op in.

Als ik het verhaal over kanker simpel neerzet, houd ik veel informatie achter, misschien wel 80%. Hoe bedienen we de groep die het wel begrijpt voldoende, aangenomen dat we de gezondheidsvaardigheid niet goed kunnen inschatten.
Het is belangrijk dat de patiënt die informatie krijgt die nodig is om tot een goede beslissing te komen of een keuze te kunnen maken. Wat zijn de voor- en nadelen van een behandeling? Wat zijn de risico’s? Zijn er complicaties te verwachten? Eigenlijk conform de WGBO. Daarin staat overigens ook dat de arts de plicht heeft om de patiënt te informeren op een voor hem of haar begrijpelijke manier.

Waarom is het percentage van 'niets doen' door de artsen met de laaggeletterdheid nog zo hoog denkt u?
Vermoedelijk komt dit omdat laaggeletterdheid nog te weinig herkend wordt. En als het herkend wordt, weet niet iedereen wat je dan moet doen/hoe hiermee om te gaan. Belangrijk dus om hier steeds maar weer aandacht aan te besteden. Dit is ook een van de redenen waarom we dit webinar georganiseerd hebben.

Wat goed dat je dit gestart bent, maar wordt deze problematiek inmiddels ook vanuit de RvB gestuurd en ondersteund? Dat lijkt mij een vereiste om het draagvlak onder de artsen te maximaliseren.
Absoluut! De Raden van Bestuur van de mProve ziekenhuizen hebben heel bewust met elkaar gekozen om laaggeletterdheid een van de thema’s te laten zijn van deze samenwerking. Zodat we van elkaar kunnen leren op dit vlak en elkaar kunnen inspireren. Er zijn in de loop van de tijd al een aantal mooie resultaten bereikt. Er zijn en worden nog steeds workshops gegeven over laaggeletterdheid en de invloed op gezondheid, er worden materialen ontwikkeld die zorgverleners kunnen gebruiken in de dagelijkse praktijk. Denk aan een aantal praatplaten, maar ook herkenningswijzers en een handleiding voor het schrijven in begrijpelijke taal. En natuurlijk dit webinar, als eerste in een reeks over dit onderwerp.

Is in het nationaal preventieakkoord beleid afgesproken omtrent beperkte gezondheidsvaardigheden?
Niet in de letterlijke zin. Er wordt in het akkoord wel gesproken over laaggeletterdheid als een van de dieperliggende verbanden als het gaat om zorg en welzijn rondom overgewicht.